zondag 23 februari 2014

23 februari, deel 2

Vandaag de hele dag op pad naar een weeshuis waar circa 120 kinderen zitten. Het is bijna 3 kwartier rijden met een volgepropte Landrover waarin naast de chauffeur mijn collega Ken, een verpleegkundige, een laborant ook nog dozen vol medicijnen, verbandmiddelen en al wat dies meer zij. Twee dagen achtereen per twee weken wordt dit weeshuis, waar een hele batterij 'witte' vrijwilligers rondlopen door Fame van medische hulp en zorg voorzien. Het is als het ware geadopteerd door Fame zou je kunnen zeggen. De verleende hulp is hier volkomen gratis en niet alleen voor de kinderen, maar ook voor de omwonenden, ook al komen ze van ver en ook hier weer meestal te voet. De weg erheen blijkt al een hele belevenis. Het grootste gedeelte is niet alleen heuvelachtig en hobbelig en niet geasfalteerd, maar omdat het flink geregend heeft blubberig en daardoor soms spekglad. Zelfs met een vierwiel blijkt het oppassen. Het pad, eigenlijk is het niet meer dan dat, is net breed genoeg voor een voertuig. Het blijkt een hele kunst om een paar tegenliggers zonder schade te passeren; soms glibberen de wagens heel dicht langs elkaar. Spannend is het natuurlijk wel. Maar de chauffeur heeft het vaker gedaan. Het leuke is dat je wel een aardige indruk krijgt van dit vruchtbare platteland: veel keuterboertjes met kleine stukje land waarop mais groeit naast grote koffieplantages. Die zullen wel in buitenlandse handen zijn. Maar het verschaft wel werkgelegenheid: nagenoeg alles wordt er (nog) met de hand gedaan. En overal zie je kleine hutjes of soms kleine nederzettinkjes waar dan weer mensen wonen. Soms met wat kippen, geiten of een enkele koe om zich heen. Met als belangrijkste vervoermiddel: de benenwagen.
 
spullen uitladen bij weeshuis
 

Het weeshuis blijkt ver van de bewoonde wereld. Onbegrijpelijk vind ik dat eigenlijk. Maar de grond, het gaat om vele hectares, blijkt geschonken. En de gebouwen zijn gefinancierd door een liefdadigheidsinstelling in Amerika. Er is ook een school voor niet alleen het weeshuis maar ook voor kinderen uit de omgeving, naast een soort sporthal of wat daar voor doorgaat. En uiteraard: basketballveldjes. De meeste vrijwilligers die er zitten, komen eveneens uit de VS. Er zijn leerkrachten, verpleegkundigen en ik zag een wat oudere Canadese vrouw die de kledij van de kinderen distribueerde. Want ook daarvan komt het nodige binnen, rechtstreeks uit de VS. En kleren kunnen de kinderen uit die omgeving wel gebruiken; ze lopen soms echt in lompen, een armoedig gezicht. En gewassen zijn die kleren, bij de kinderen die niet in het weeshuis zitten, vaak al lange tijd niet. De kinderen die in het weeshuis wonen, zijn lang niet allemaal echt wees, dat wil zeggen zonder ouders. Er zitten veel kinderen bij waarvan de ouders uit armoede, door aids, alcoholverslaving of andere ellende niet (meer) voor hun kinderen kunnen zorgen. Zo is er een tweeling van een jaar, het was de zesde bevalling voor de vrouw, maar zij stierf direct na de bevalling. De vader kon het toen niet meer bolwerken. Ze jongetjes zien er welschapen uit en je zou ze bijna zo met je mee willen nemen. Als we bij het weeshuis aankomen, staan er ruim 100(!) patienten op ons te wachten. Het zijn er veel te veel, zegt Ken, 55 is het maximum vandaag. De kinderen hebben voorrang bepaalt hij, die moeten allemaal worden gezien en voor de rest van de patienten wordt het gewoon een dag later. Aan de verpleegkundige de ondankbare taak om de selectie zo uit te voeren dat de meest zieken die van ver zijn gekomen toch ook binnen de groep van 55 vallen. De rest moet naar huis en mag het morgen weer proberen. Op deze buitenpoli van Fame moet hard worden gewerkt om die 55 bijtijds te kunnen zien. Ken doet de anamnese, het uitvragen van de patient, vertaalt dit naar mij en ik doe, terwijl hij de aantekeningen maakt, het lichamelijk onderzoek. Dat blijkt efficient en het tempo ligt dan ook hoog. De meeste kinderen komen met luchtweginfecties, meestal viraal maar twee hebben er toch longontstekingachtige afwijkingen en die krijgen antibiotica. Verder zien we veel kinderen met 'ringworm' , een bepaald type schimmelinfectie, en veel kinderen met buikpijn, vaak door echte wormen veroorzaakt. De zuster die de medicijnen verstrekt, deelt op ons voorschrift het ene na het andere antiworm- en antischimmelmiddel uit.
de weestweeling


Medisch gezien is nog het meest indrukwekkend het jongetje van twee jaar met een uitstulping van de anus. Dat zou in ons land door de kinderchirurg worden geopereerd, maar die is hier niet voorhanden. We besluiten het kind op Fame zelf nog eens goed te beoordelen door meerdere dokters om dan een besluit te nemen. Verder zagen we een jongetje met een liesbreuk en die komt ook naar Fame en een oudere vrouw met een ernstige verdenking op tuberculose. Zij wordt uiteraard verder onderzocht.
 

 


 


Het weeshuis is gebouwd op de flanken van de Nogorogorocrater, daar waar zoveel van dat grote en spannende wild leeft. Dat heeft consequenties. Afgelopen week kwam er een woeste en gewonde buffel het terrein op die mogelijk in gevecht was geweest met een leeuw. Alle kinderen moesten naar binnen en omdat de leeuwen nog in de omgeving werden vermoed en een buffel naar mensen toe lelijk kan uithalen, werd een ranger geroepen die het dier op het terrein uiteindelijk maar heeft doodgeschoten.

De Canadese vrouw over wie ik het had, bleek al geruime tijd pijn in de linker heup te hebben. Ze liep er mank van. Een elders gemaakte rontgenfoto had niet veel opgeleverd en de pijnstillers hielpen ook maar matig. Dus was al eerder besloten haar een injectie in het heupgewricht te geven. Maar niemand wist hoe dat moest, alleen ik had dat vaker gedaan. Bij het gereedmaken van de spuit bleken er niet echt lange naalden voorhanden. Wil je de heup in, dan heb je toch wel enige afstand af te leggen. Zo goed en zo kwaad als het ging met die korte naald heb ik onder een meekijkend oog van Ken getracht het gewricht te bereiken. De patient was allang blij dat er iets gebeurde, maar ik heb haar wel gezegd dat de injectie misschien weleens helaas niet kon helpen. Ze begreep het...

Omdat ik het bezoek aan het weeshuis indrukwekkend vond, heb ik besloten de volgende dag wederom met de ploeg van Fame mee te gaan. Ken vond het uitstekend en zei dat we een prima op elkaar ingespeeld stel waren. Wederom stond er bij aankomst een grote massa op ons te wachten. Desgevraagd zei Ken mij dat deze grote aanloop vooral wordt veroorzaakt doordat alle hulp hier volkomen gratis is. De foundations achter het weeshuis en Fame bieden dit aan de omgeving aan. In Fame moet er betaald worden, ook al is het maar weinig. Maar wederom ligt de limiet op 55 personen. De rest kan twee(!) weken later of komt naar Fame. De mensen kunnen dat zelf besluiten.

Wederom zien we veel kinderen met ringworm en nu ook met scabies, huidschurft. Geen enkel kind hier heeft lang haar. Alles wordt uit preventief oogpunt kort gehouden en de hoofdhuid kun je zo ook veel beter beoordelen. Verder zien we een 9 jarig meisje die sinds een paar jaar weer incontinent is geworden en bij wie we op lichamelijk gebied eigenlijk niets bijzonders vinden. Zou er sprake kunnen zijn van sexueel misbruik, opper ik en Ken acht dat heel goed mogelijk. Dat komt in deze regio heel veel voor, zegt hij. Hij besluit hierover de verpleegkundige van het weeshuis te informeren. En ook heel triest was een 7 jarig meisje, dat altijd heel gezond was maar sinds ongeveer een week of vijf in toenemende mate, kennelijk spontaan spierzwakte van met name de benen vertoonde met daarnaast onwillekeurige bewegingen van de armen. Ze liep alsof ze dronken was en we moesten haar steunen. Het arme kind had een angstige blik in haar ogen. Hier was duidelijk sprake van een progressieve neurologische ziekte en, omdat er over een paar weken een neuroloog uit de VS naar Fame komt, werd bepaald dat het meisje dan naar Fame moest komen. De moeder stemde ermee in. Maar wat zou er van dit kind terecht komen?

Een van de kinderen die in het weeshuis verblijven, is een albino. Albino's in Tanzania hebben een heel lichte huid, vaak schilferig, gevlekt en soms wat geschubd, blauwachtige ogen en blond haar. Als je goed oplet, kom je ze wel vaker tegen. Ze moeten de zon mijden, want ze verbranden gauw. Helaas, en dat is veel ernstiger, worden ze door sommigen als duivels beschouwd en enkele jaren geleden zijn er daarom nogal wat vermoord. Reden om, ik heb dat in Dar es Salaam gezien, een soort beschermhuizen te bouwen waar ze bij elkaar kunnen wonen omgeven door een groot hek. Wat het weeshuis betreft, gaat het om een meisje. Op haar foto, die net als die van andere kinderen op een galerij hangt, laat de verpleegkundige mij de littekens van brandwonden in het gelaat van het kind zien, die door de moeder zijn aangebracht....Ernstig.

Na enkele frisse dagen en vooral nachten is het vandaag ineens weer 'bloody hot'. Het zal zeker 30 graden zijn, de zon schijnt volop, het voelt na al die regen wat klammig aan, maar doordat er een windje staat, is het goed te doen. Toch zijn er ook wat wolken en heel in verte hoor ik het rommelen, onweer dus. Ik heb de idee dat het niet echt onze kant op komt en dat het wat blijft hangen. We zullen zien.


meehelpen de was doen

Gisteravond met twee collega's en een van de chauffeurs van Fame, Erasmus, wezen stappen in Karatu. Nu moet je je daar niet teveel bij voorstellen in zo'n armoedig plaatsje. Er zijn een paar lokalen waar je wat kunt drinken en op aanwijzingen van Izaak, een collega arts, troffen we ook een soort discotheek aan. Het was niet vervelend, maar ik ben niet zo'n danstype en om nu als enige witte en ook al niet meer van de jongste in zo'n volle tent te staan dansen, leek me ook wat overdreven. Dan maar aan het bier en proberen boven de muziek uit toch nog een soort gesprek te hebben. De andere collega, Ken, had wel schik in het geheel. En als zo vaak werd er wat teveel bier genuttigd, hetgeen ik dan vanochtend weer eens moet bekopen. Eigen schuld.

dokter Ken

Ik ga het vandaag, het is zondag, rustig aan doen. Althans dat is mijn bedoeling. Omdat ik vergeten ben wat brood te scoren, ga ik maar een ontbijtje doen in het restaurant dat naast het ziekenhuis is gelegen. In feite hoort het restaurant, waar je bijna nooit iemand ziet maar waar het eten op zich niet vervelend is, bij het ziekenhuis. Maar het is vrij toegankelijk. Je moet er uiteraard wel betalen, maar wat is nu omgerekend 4.5 euro voor een uitgebreid ontbijt? Terwijl ik hier zo zit, lees ik ook nog even wat berichten uit Castricum. Er wordt hevig campagne gevoerd, zie ik al en de honden mogen weer los op Noord-End. Ik ben daar wel blij mee. Dit enige beetje grote losloopgebied voor honden sluiten, leek mij ook echt een overhaast en onnodig besluit. Als iedereen een beetje rekening met elkaar houdt, dan is er toch niets aan de hand?

Verder ben ik benieuwd naar wat Ajax en AZ gaan doen. AZ heeft enkele dagen geleden een in de laatste minuut een mooie overwinning behaald in de Europa-league, het zou helemaal prachtig zijn als dezelfde stunt wordt uuitgehaalld in de Arena. Laat de beste maar winnen, zeggen we altijd. Van mij mag dat AZ zijn.

23 februari, deel 1


Aan koffie ben ik min of meer verslaafd. Vele jaren geleden was ik dat ook al en ik besloot toen radicaal met dat spul te stoppen en compleet over te stappen op thee. Dat is heel lang heel goed gegaan. En toen begaf onze koffiemachine het en viel de keus op zo'n mooi apparaat dat eerst de bonen maalt om er vervolgens zo'n heerlijk en lekker ruikend vers kopje koffie mee te zetten. Sinds die tijd ben ik weer verkocht. Ook op de praktijk hebben we zo'n ding en als ik van de assistente vanwege drukte niet bijtijds koffie heb gehad, word ik soms echt chagrijnig. Hier is de koffie maar prut. Eigenlijk is er alleen maar oploskoffie te krijgen. Het is net slootwater. In m'n studententijd was deze bende gedurende een zekere periode absoluut poluplair, maar dat kwam vooral vanwege het gemak ervan. Daarna heb ik het nooit meer aangeraakt, ook niet tijdens eerdere reizen naar Tanzania. Maar nu moet ik wel. Een uur na het begin met het spreekuur houd ik het bijna niet meer uit. Op naar de keuken, poeder in je beker en heet water erop. Melk en suiker niet. Bah, lekker is anders, maar je kikkert er wel van op.

Vandaag is onze middelste, dochter Martise jarig. Ik probeer haar al vroeg met een boodschap via WhatsApp te feliciteren. Het duurt een aantal uren voordat zij reageert. Ik vraag maar niet waarom: misschien de avond tevoren wat laat geworden of vandaag vroeg op voor college of bezig met haar nieuwe baan. We app-en wat en ik hoop dat ze een fijne dag mag hebben. Wat een uitvinding is dat WhatsApp eigenlijk. Met een internetverbinding op je smartphone en je chat direct met de hele wereld en dat ook nog voor bijna niets. Fotootje erbij, alles kan.

Sinds 2 dagen ligt er een uit Zwitserland afkomstige Argentijnse in de kliniek. Ze is een ervaren reizigster en is in de omgeving als gids met een reisgezelschap. Ze heeft veel buikpijn en flinke koorts. Ze is echt niet lekker. Na veel getob, bloed- en urineonderzoek houden we het erop dat ze een ontsteking van haar dikke darm heeft, een diverticulitis coli heet dat. De patiënte vertelt al enkele malen eerder dit soort klachten gehad te hebben, maar nooit zo erg. Ze was er in haar woonland al eens bij een specialist voor geweest en die had, zonder gedegen onderzoek, het gehouden op wat darmkrampen, een soort spastische darm dus. Ze heeft een onduidelijk medicijn gekregen, dat haar moest behoeden voor nieuwe klachten. Kennelijk heeft het niet geholpen. Een ontsteking van je dikke darm kan flink uit de hand lopen. De behandeling met verschillende antibiotica helpen niet altijd en dan zal er geopereerd moeten worden. Onze patient lijkt het langzaamaan iets beter te gaan, maar haar lab-waarden laten dat nog niet zien. Complicaties als fistel- en abcesvorming dreigen. Op een eerdere echo werd niets gezien, maar vandaag wel: een duidelijk vergrote uitstulping van de darm precies op de plek waar ze de meeste pijn aangeeft. De patiente zegt blij in ons ziekenhuis te zijn. Ik begrijp die vreugde niet helemaal, maar waarschijnlijk is dat omdat hier ook een paar witte dokters ontlopen. Ik weet niet of dit hier zoveel uitmaakt, maar we zullen de patient in de gaten houden. Iedereen, zwart en wit, draagt daar zo z'n steentje aan bij.

Volle bak

Laatste patiënt geweest

Met de 88-jarige vrouw die nu alweer 12 dagen opgenomen ligt, gaat het eerder geleidelijk aan slechter dan beter. Haar suikerwaarden zijn redelijk, de bloeddruk is onder controle en de nierfunctie heeft zich hersteld. Maar haar ademhaling is onrustig en de hartslag snel. Al die tijd krijgt ze zuurstof, zonder gaat het niet. Meer en meer denken we dat er iets kwaadaardigs zit rechtsboven in de longen. Dat is nooit best en hier nog minder. Verder onderzoek kan niet en als dat wel zou kunnen is er geen behandeling. Omdat ze wat onrustig begint te worden, besluiten Jo en ik haar met medicatie wat comfort te geven. Ze gaat het niet redden, is onze overtuiging. De familie is in de buurt.

Verder is er niet zoveel te melden. Het reguliere werk gaat gewoon door, net zoals thuis in onze eigen praktijk. Ik begrijp dat ze er drukke dagen beleven. Tja de tijd dat ik nog alleen zat op die bovenkamer, zelf alle telefoontjes aannam en de afspraken maakte, die tijd is allang voorbij. Voor mijzelf was het wel een moeizame periode: dag en nacht dienst, jaren achtereen, hoe heb ik dat gefixt, denk ik weleens. Zonder mijn Trees was dat ook nooit gelukt. En de patienten hebben mij uiteindelijk alle vertrouwen gegeven en dat stemt mij dankbaar. En dat ik nu hier in Tanzania opnieuw zit te pionieren wederom. Ik heb het altijd als een voorrecht beschouwd om arts te mogen zijn. Mensen vertrouwen je al hun hebben en houwen toe en laten zich op de intiemste plekken van hun lichaam bekijken. Dat vertrouwen mag je uiteraard nooit beschamen. Hier gebeurt dat ook niet. Al het medisch personeel gaat even prudent met de patient om en maakt geen onderscheid naar ras of geloof. Masaai-mensen met hun kleden om en hun stok in de hand zijn net zo welkom als de boer, de arbeider, de kantoorklerk of de baas van een safari-bedrijf. Allemaal moeten ze op hun beurt wachten en ze krijgen allemaal dezelfde behandeling. Dat is goed, dat dit overal in de wereld zo gebeurt. Ik praat hierover weleens met mijn zoon, die ook dit prachtige vak uitoefent. Hij werkt op de spoedafdeling van een ziekenhuis waar leden van de koninklijke familie soms ook komen. Hij zal er nooit over vertellen, hoewel hij ongetwijfeld meer weet. Prima.

De Argentijnse mag naar huis. Althans haar reis vervolgen, zij het dat ze het nog wel een tijdje rustig aan moet doen. De diagnose onsteking van uitstulpingen van de dikke darm lijkt wel bevestigd. De patiente voelt zich echt stukken beter, eet en drinkt, heeft wat rondgewandeld, de pijn is praktisch verdwenen en de temperatuur is normaal. Ze krijgt nog wel een smak pillen mee en daarnaast het advies om zich bij een kliniek te melden indien de klachten terugkomen. Ook zal ze zich bij terugkeer in haar eigen land nog eens moeten laten onderzoeken. Per slot had ze het probleem al eerder.

Deze week is een beetje saai. Ik voel met niet helemaal top en dat komt vooral omdat m'n ingewanden weer opspelen. Wat zou ik nu weer voor verkeerds gegeten hebben? Ik probeer maar een beetje m'n snor te drukken. Dat kan ook wel, want het is niet zo druk en er is een Amerikaanse arts-vrijwilliger aangekomen en die wil overal wel vooraan staan. Dat geeft mij gelegenheid om nog wat aan mijn presentatie voor alle artsen morgen te werken, wat nieuws op internet te lezen en te kijken hoe mijn voetbalcluppie AZ het doet. Die hebben een zware week: uit tegen Ajax en tweemaal uitkomen in de Europaleague, en vervolgens over enkele weken de halve bekerfinale thuis tegen Ajax. Appeltje-eitje? Ik wens ze veel succes.

Dat het regentijd is, hoeft niemand je nog te zeggen. Het plenst bijna onophoudelijk en de ongeasfalteerde wegen, en dat zijn ze bijna allemaal, zijn blubberig en soms spekglad. Zelfs de vierwiel aangedreven wagens zie je soms ineens meters wegglijden. De boeren zullen niet klagen, het is hier een vruchtbaar gebied en je ziet ze dan ook overal op het land aan het werk. En niet met zware machines, maar met de hand of soms achter een os. Ook vrouwen werken driftig mee. Zij sprokkelen vaak het brandhout bij elkaar of verzamelen gras voor hun vee. En dat slepen ze allemaal weer lopend mee naar huis, op hun rug en kilometers ver. Geen wonder, zeggen de dokters hier, dat die vrouwen lage rugpijn hebben en ons om advies komen vragen. Zou het schelen als wij zouden zeggen om met dat werk te stoppen? Ze zullen het niet eens in overweging nemen, denk ik zomaar.
In de rij

Zojuist, ik lag al in vroeg in bed omdat ik me niet erg fris voelde en wat kun je hier anders dan maar in bed gaan liggen, door m'n dienstdoende Tanzaniaanse collega gebeld om even mee te kijken bij een 55-jarige Fransman, die er overigens bij 15 jaar ouder uitzag, met vage klachten van pijn in de benen. Hij had ook een keer gespuugd. Diarree en/of koorts had hij niet. Hij was net vandaag aangekomen. Onderzoek inclusief een bloedtestje wezen op niets bijzonders. Maar m'n collega was bang toch iets over het hoofd te zien en omdat ook deze Fransman weer niets anders sprak dan zijn moedertaal, keek ik uiteraard graag even mee. Mijn conclusie was niet anders dan die van mijn collega en onder achterlating van wat dollars voor het ziekenhuis mocht hij vertrekken naar de lodge waar hij verbleef. En ik in de duisternis weer terug, een paar honderd meter veilig begeleid door een van de overal op de loer zittende, vriendelijke masaai-guards.

Vanochtend voor alle collega's eindelijk m'n presentatie kunnen geven. Fame stelt het verplicht voor buitenlandse artsen die als vrijwilliger komen om een presentatie of anderszins een referaat te houden waar de Tanzaniaanse collegae hun voordeel mee kunnen doen. Een goede zaak. Vooraf een kleine presentatie wie ik eigenlijk ben en waar ik nou precies vandaan kwam. De tulpenvelden en de zg. coffeeshops trokken de meeste aandacht. De uitgebreide presentatie ging over de reizigersadvisering zoals wij die in de praktijk toepassen. Steeds meer reizigers blijken zonder goede voorzorgen ook naar een land als Tanzania te gaan. Bij Fame zien ze dat ook. In toenemende mate wordt er malaria bij reizigers gezien en ook de bekende reizigersdiarree. Hier pakken ze ook dat laatste rigoreus aan, hetgeen eigenlijk niet hoeft. Bij een hondenbeet moet je als buitenlander meteen het land uit. Antistoffen tegen rabies, hondsdolheid, is hier niet voorhanden, dus moet je naar Kenia of misschien wel snel terug naar huis. We discussieren nog wat na en iedereen heeft weer wat opgestoken.
presentatie voor de collega's 

Loslopende honden zie je hier veel, net zoals in veel andere landen. Het zijn natuurlijk geen mooie rashonden zoals bij ons, maar 'vuilnisbakken' die meestal een lichtbruinige kleur hebben en vaak erg op elkaar lijken. Ze proberen hun kostje zo goed en zo kwaad bij elkaar te scharrelen en dat lukt eigenlijk maar net. Het zijn zielige, magere scharminkels, soms mankend en vaak ook schuw. Ze steken wegen over als ze daar zin in hebben en dat moeten ze dan soms met de dood bekopen. Uiteraard kunnen ze bijten en ziekten overbrengen. In steden als Dar es Salaam en Arusha zie je haast geen zwerfhonden meer. Ik heb met eigen ogen gezien dat ze door speciale jagers vanuit een open pick-up-auto zelfs in drukke straten pardoes werden doodgeschoten hetgeen ook weleens niet meteen lukte. Met een jankend gekrijs dat je door merg en been gaat, vluchten de aangeschoten honden weg, om, achternagezeten door de jagers en een zootje opgewonden publiek, enkele honderden meters verderop toch te sterven of het genadeschot te krijgen. Maar buiten deze grote steden zie je nog genoeg van die honden. Tot ook daar die hondenjagers komen.... 

dinsdag 18 februari 2014

17 februari

Met de Masaai-vrouw met de sterk vergrote milt blijkt intussen wel wat meer aan de hand. Alle aanwijzingen voor een chronische vorm van leukemie, maar daarvoor is een goede beoordeling van het bloeduitstrijkje nodig. Hier is er naar gekeken, maar dr. Joyce, het 'opperhoofd' van het laboratorium zal ik maar zeggen, vertrouwt niet op haar eigen kunnen. Ze gaat het uitstrijkje proberen te digitaliseren om het op te sturen naar Amerika. Voordat de uitslag er is, kunnen we zo een paar dagen verder zijn. De vrouw en haar echtgenoot wordt een en ander uitgelegd en zij kunnen huiswaarts onder achterlating van hun mobiele nummer. Dat hebben ze hier nagenoeg allemaal, ik blijf het verbazingwekkend vinden. Dit echtpaar heeft er 8 uur reizen voor over gehad om hier te komen en nu weer 8 uur terug. Als het leukemie blijkt, en die kans is dus groot, zal de patiënt worden verwezen naar een staatshospitaal in de Kilimanjaro-regio, hier 250 kilometer vandaan.



Muggen heb ik het hier niet zo op, trouwens thuis evenmin. Als er 's nachts in bed eentje rond je hoofd zoemt, zal ik niet rusten voordat ik hem heb doodgemept. Hier lig ik onder een klamboe, dus een steek zal je niet zo gauw oplopen. Maar dat geluid, verschrikkelijk. Dat zo'n klein mormel je zo van slag kan maken. En hier nog erger. Onvoorstelbaar. Het zijn alleen de vrouwtjes die je ziek kunnen maken, als ze de malariaparasiet bij zich hebben. Ook weer onvoorstelbaar. Dat dit soort kleine mormels je zo ziek kunnen maken dat je er dood van kan gaan. Ik besluit maar te blijven liggen en hoop dat de slaap me zal overmannen. Maar dat gebeurt niet. Stel ik kom m'n bed uit en dat mormel heeft me te pakken. Dan ben ik mooi te laat. Het is een verschrikkelijke nacht geworden. Haast niet geslapen en dat geluid....

Het eten is hier goed verzorgd. Tussen de middag meestal rijst met bruine bonen of bruine bonen met rijst. Dit laatste lijkt wel een beetje op Suriname: bb met r noemen ze dat daar. Op donderdag is er pilame, een soort pittige nasi met lekkere stukjes vlees weliswaar nogal taai, maar dat hindert niet, en ugale, dat lijkt op kleefrijst met wat groenten en ook wat vlees. Dit laatste vind ik wat minder. Als je opschept, staat er ook pili pili, dat is een soort zelfgemaakte waterige sambal. Daar ben ik wel een liefhebber van en ik gooi het er elke keer doorheen. De maaltijden smaken dan vaak hetzelfde, maar ik houd het tenminste binnen. Zou het me lukken hier eindelijk toch wat af te vallen? Het thuisfront heeft me dat als opdracht meegegeven. Ik ga er niet speciaal voor, maar als het toch gebeurt, dan is wel mooi meegenomen. In elk geval ga ik niet als de masaai doen: hun 'lekkernij' bestaat uit een mengel van melk en koeienbloed. Dit lijkt mij nu echt niet aantrekkelijk.


Een jongeman van omstreeks 25 jaar met een soort halfwas nekkraag om. Nou heb ik het al niet op nekkragen, want de meeste zijn waardeloos en deze nog meer. Maar het verhaal. Hij is gevlucht, op een open pickup-auto gesprongen en toen deze met ca. 80-100 km. een scherpe bocht maakte, is hij uit de bak gevallen en heeft daarop een flinke koprol gemaakt. Hij en zijn kornuiten moesten vluchten omdat ze werden belaagd door een groep masaai met speren en pijl en boog. Waarover er gedoe was, is me niet duidelijk, maar in dit soort situaties lijkt het me heel verstandig direct het hazenpad te kiezen. Die scherpe, giftige punten van die masaai zijn trefzeker dodelijk, ze gaan er ook het gevecht mee aan met wilde dieren. De nek van de jongen was erg pijnlijk en echt bewegen kon hij zijn hoofd niet goed. In ons land gaat men bij een door een trauma veroorzaakte zere nek altijd van het ergste uit en rukken ambulances, brandweer en vaak ook de traumaheli uit. Met de politie erbij lijkt het alsof er ik weet niet wat aan de hand is. Auto's worden opengeknipt, wegen afgezet en het hele verkeer loopt in de soep. Ik vind dit al jaren een erg overdreven actie, want met goed lichamelijk onderzoek ter plaatse en goed te analyseren naar wat er precies is gebeurd, kun je de patiënt meestal zo uit de auto laten stappen. Gelukkig was er bij onze jongeman weinig te vinden dat op ernstig letsel leek.  Hij moet een engeltje bij zich geweten hebben.

Vandaag weer 3 patiënten gezien met een voor hen nieuwe diagnose: syphilis. Alle 3 zijn het masaai. Deze geslachtsziekte komt onder deze bevolkingsgroep frequent voor. De mannen mogen er meerdere vrouwen op na houden in deze cultuur. Dat heeft mij ook altijd een ideale situatie geleken, maar als dit het risico is, dan maar liever niet. Trouwens ook wel om andere redenen. Daar zal ik het niet over hebben. Uitleg over het hoe en wat, dat heeft hier geen zin. Ze krijgen gewoon hun injecties of pillen, tenminste als ze dat kunnen betalen. En anders maar niet...

 toegang tot Ngorogoro

Zaterdag onze safaridag. Samen met m'n Britse collega Jo een dag naar de Nogorogoro. Jo verheugt zich er al dagen op. Vriend Boay heeft een goede terreinwagen met chauffeur uit Arusha laten komen, hij gaat als gids mee en dokter Ann is onze gast. Vrijdag hebben we onze toegangstickets in dollars moeten betalen, het lijkt wel of we naar de Soldaat van Oranje gaan. Voor de auto 200 dollar en voor elke mzungo, blanke 50 dollar. 300 dollar dus. De 3 Tanzianen aan boord hoeven niet te betalen. Dat lijkt ons redelijk. Dat ze echt Tanzanianen zijn, wordt aan de gate gecontroleerd; elk krijgt vragen in het Swahili voorgelegd. Ze spreken het en mogen kosteloos mee!
Om 7 uur in de ochtend vertrekken we. Boay heeft de auto vol proviand gestopt inclusief 18(!) blikjes bier, 2 flessen mierzoete rode wijn voor de dames en verder wat cola en sinas en heel veel water. Ook luchpakketten zijn aan boord, want we blijven er per slot een hele dag. Het lijkt wel een schoolreisje en ondanks dat we vroeg weggaan, is iedereen bij de tijd en er wordt stevig gegrapt.
Jo heeft werkelijk de dag van haar leven. We zijn nog maar amper in de 14 bij 19 kilometer grote 'krater' afgedaald of we stuiten al meteen op een flinke kudde olifanten die zich tegoed doet aan het groene loof.


Een olifant, zo weet Boay ons te vertellen, weegt tussen de 6 en 8 ton en eet dagelijks ongeveer de helft van zijn lichaamsgewicht! De beesten poepen ook behoorlijk, overal zien we de grote keutels liggen. Boay meldt ons dat het bij een van de 120 verschillende stammen in Tanzania de gewoonte is om verse, nog natte uitwerpselen van olifanten uit te persen en het vrijkomende op te drinken. Dit zou de mensen beschermen tegen allerlei kwalen en daarnaast ook een geneeskrachtige werking hebben. De gedachte erachter is doordat de olifant zoveel eet hij ook ongetwijfeld allerlei geneeskrachtige bladeren en kruiden binnenkrijgt waarvan de aftreksels in de poep terechtkomen..... Tja, en dan sta je dan maar mooi als dokter. Die had ik bijna zelf kunnen bedenken.

zebra's met jong

Naast vele kuddes olifanten zien we hele groepen gnoe's(wildebeest) en zebra's, beiden ook met jongen in hun midden. Grappig is dat deze 2 diersoorten zich vaak in elkaars nabijheid bevinden. Ze hebben elkaar op een of andere manier nodig: zebra's hebben goede ogen en gnoe's een goed reukvermogen. Als de ene groep op hol slaat om dat er gevaar dreigt, volgt de andere ook meteen. En daarnaast eten gnoe's lang gras, terwijl zebra's meer liefhebben zijn van het kortere werk. Wonderbaarlijk vind ik dit allemaal. Het zijn trouwens mensen geweest, die deze verklaringen hebben bedacht, die dieren kun je het niet vragen. Verder zien we de kleine tomson gazelle en de grand gazelle, hyena's, een paar van die kleine leuke jakhalsen heel dichtbij, het hartebeest, hippo's(nijlpaarden), vele buffels, wat struisvogels en ander prachtig gevogelte, enkele rhino's(neushoorns), die op zich zeldzaam zijn, en uiteindelijk ook nog leeuwen: een stuk of 6 vrouwtjes en een kilometer verderop 2 mannetjes. Ze liggen allemaal te slapen en af en toe richt er eens z'n kop op om vervolgens weer om te vallen. Die liggen kennelijk uit te buiken. Het moet hier een soort luilekkerland voor ze wezen. De leeuw is echt de koning van de savanne, die heeft geen vijanden behalve dan de mens. De masaai wil hem nog weleens bejagen, want volgens traditie zal elke masaai-man op z'n minst eenmaal in z'n leven een leeuw moeten hebben gedood. Of dit nog steeds geldt, weet ik niet. Normaal gesproken kan de leeuw dus eigenlijk gewoon z'n gang gaan. Simba hoeft voor niemand bang te zijn.

hyena
 
jakhals
 
schedel van buffel
 
Vandaag met Jo een grote wandeling in de omgeving gemaakt. Over blubberige en gladde koeienpaadjes en dwars door de landerijen. Ik wilde eigenlijk naar een grote nabijgelegen koffieplantage, maar dat bleek verboden toegang. Omdat het terrein nogal glooiend is, bleek het flink afzien. Ik houd wel van wandelen, maar er werd nu toch wel een heel grote aanslag om m'n conditie gepleegd. Het is ook nog warm en vochtig. Bijna 2.5 uur heeft onze tocht geduurd. Onder onze schoenen zit me nu toch een dikke laag vastgekoekte klei of misschien is het wel leem. Ze bouwen hier van dat kleverige spul zelfs woningen, een soort lemen huisjes dus. Echt stevig zien ze er niet uit. Ik zou weleens willen weten, hoe dat bij m'n verre voorouders was. Het oudheidkundig museum in Leiden weet dat vast wel. Ik heb per slot van rekening zo'n museumjaarkaart.

jongetjes die het vee hoeden

Lemen hutje

Tijdens de wandeling zagen we de armoede van het platteland. Kinderen die wat vee hoedden, een boertje die de grasoogst binnenhaalde en een collega van hem die maais met de hand in de aarde drukte. Tja en dan al die kleine en armoedige hutjes waar die grote gezinnen in vertoeven. Ineens komen we ook dokter Gabriel tegen zittend achterop een motorfiets. Hij wordt door z'n 'taxi' naar huis gebracht, een kilometer of 2 verderop. Een eigen auto heeft volgens mij niemand hier, ook de artsen niet. Athans ik heb het nog niet gezien. Fame haalt de mensen die in de buurt wonen met een busje of een terreinwagen op en brengt ze later weer naar huis. Anders is het lopen geblazen of de taxi nemen. Gabriel moet natuurlijk wel een helm dragen net zoals zijn chauffeur. Als ik hem daarover aanspreek, geeft hij mij lachend gelijk. Maar hij heeft geen helm en verplicht is het ook niet. Dan maar niet. Dokters zijn ook weleens onverstandig, zo blijkt.

dokter Gabriel op weg naar huis

De uitslag uit Amerika is binnen betreffende de patiente met de sterk vergrote milt en het afwijkende bloedonderzoek. Ook in de VS denken ze dat de patiente waarschijnlijk lijdende is aan een chronische vorm van leukemie. Precies weten ze het niet, daarvoor was de kwaliteit van het bloeduitstrijkje te gering. Het advies is om de milt eventueel operatief te verwijderen. Ja dat zou in Amerika of in ons land gebeuren. Hier in de omgeving kan dat technisch niet eens, mogelijk nog wel in de hoofdstad Dar es Salaam of anders in Nairobi, de hoofdstad van buurland Kenia. Dat kan deze patiente natuurlijk niet betalen en het is overigens de vraag of zij met z'n operatie uberhaupt veel opschiet. Ze heeft geen enkele klacht en daar gaat het uiteindelijk toch ook om. En wellicht leeft ze misschien nog vele jaren met die grote milt. Er wordt dan ook besloten om bij deze patiente geen behandeling in te stellen. Een controleafspraak wordt evenmin gemaakt. Als er klachten zijn, is ze uiteraard welkom.

Intussen gelezen dat de aandelen van het Rode Kruisziekenhuis in Beverwijk voor het grootste gedeelte worden overgenomen door een arbodienst. De specialisten nemen ook een aandeel. Ik ben heel benieuwd hoe ze dat precies regelen. Doen ook de speciaisten die nu in loondienst zijn, mee? Daarnaast vind ik het eerlijk gezegd onbegrijpelijk dat een arbodienst, een dienstverlenend bedrijf, kennelijk over zoveel geld beschikt om een heel ziekenhuis op te kopen. Die arbodienst hanteert dan vast te hoge tarieven voor hun dienstverlening, zou ik denken. Hun klanten zullen zich nu  wel achter de oren krabben. En wat moet een arbodienst eigenlijk met een ziekenhuis? Zelf verrichten die arboartsen amper diagnostiek en zouden ze dan nu dan ineens wel gaan doen? En misschien wel extra veel omdat dit hun baas goed uitkomt? Ik heb dus veel vragen en daarbij komt ook nog het volgende: mogen huisartsen ook een aandeel hebben? Dat zou misschien weleens een veel interessantere optie kunnen zijn dan met zo'n arbodienst in zee te gaan. Overigens is het naar mijn mening uitermate betreurenswaardig dat in toenemende mate ziekenhuizen noodgedwongen worden overgenomen door commerciele partijen die daarbij bepaalde zekere belangen hebben. Ik zal het wat het Rkz betreft nauwgezet volgen. Per slot heb ik als voormalig bestuurslid van het Rode Kruis nog wel een idee wat zich achter de filosofie van deze liefdadigheidinstelling verschuilt. En anders moet het ziekenhuis misschien maar een heel andere naam aannemen.

Vandaag(zondag) naast de wandeling maar een beetje rond het ziekenhuis gehangen. Er was niet veel. De belangrijkste reden hiervoor is, dat alle tarieven op zondag dubbel zijn. En omdat de mensen dat nagenoeg allemaal zelf moeten ophoesten, scheelt dat direct. Er komt dan echt maar weinig. Ik ben van dit systeem al jaren een groot voorstander. Ik heb daar in het verleden hele stukken over geschreven tot aan het Noordhollands Dagblad en de Volkskrant aan toe. Buiten de normale openingstijden van de huisartsenpraktijk: een veel hoger tarief en zelf betalen. Niet dat ik een sterk voorstander van allerlei eigen risico's, maar als je ziet waar patienten nu op de gekste tijden mee langskomen, dat kan werkelijk niet zo doorgaan. Elk jaar 10% meer. Nog meer dokters in de weekend- of nachtdienst, of de dokters nog vaker dit soort diensten laten doen, daar is geen beginnen aan.

Verder nog een beetje ge-Whatsapp-t, internet deed het ineens aardig, met mijn goede vriend Willy Volke, ook al zo'n 35 jaar huisarts. Hij is werkzaam in Amsterdam-zuidoost, zegmaar de vroegere Bijlmermeer. Met hem heb ik altijd zeer boeiende contacten, scherpzinnig en meestal vol humor. We lachen wat af bij dat App-en. Hij is altijd een beetje bezorgd over mijn gedrag. Dat kan ik wel begrijpen en waarderen, hij is een wat meer beschouwend type, terwijl ik wat meer activistisch ben ingesteld. Samen hebben we al verschillende reizen ondernomen, onder andere naar Suriname en naar Moskou. Soms hebben we dan contacten met andere artsen ter plaatse en soms gaan we alleen maar voor de lol. Willy houdt van lekker eten en die hobby is mij ook niet vreemd. Af en toe gaan we dan met de dames naar een fantastische tent om ons te laten verwennen. Dat is al een tijd niet gebeurd en ik nodig hem hierbij uit alvast wat te reserveren voor wanneer ik weer thuis ben. Eerlijk gezegd heb ik er nu al zin in.

Ook nog even een contactje gehad met collega arts Mwansjama, die hier zo'n beetje als de nestor van de artsen wordt beschouwd. Hij heeft de meeste ervaring en ook dokter Frank luistert graag naar wat hij van bepaalde situaties vindt. Ik heb al eerder over hem geschreven. Mwansjama moest wachten op aflossing voor de avond- en nachtdienst en doodde de tijd door een spelletje te spelen op zijn Ipad. Frank heeft alle artsen in het ziekenhuis van een Ipad voorzien en dat is een heel goede zet. Ze gebruiken het apparaat dikwijls tijdens het spreekuur om wat na te slaan. Nagenoeg alle informatie van de hele wereld op medisch gebied hebben ze zo onder handbereik. Ze lezen er ook de wetenschappelijke litteratuur op. Wat internet in die korte tijd al niet teweeg heeft gebracht, het is werkelijk ongelooflijk. Alles informatie is open en bereikbaar en zelfs in een ontwikkelingsland doet men er z'n voordeel mee. Dit is geen luxe, maar een noodzaak. Dat Mwansjama er af en toe een spelletje op speelt, dat is hem gegund.

dokter Mwansjana aan het gamen

In een land als Tanzania valt om de haverklap de stroom uit. Zelfs in de grote steden. Maar op het platteland is het helemaal strijk en zet. Hier dus ook. Een ziekenhuis kan uiteraard niet zonder stroom. Als deze uitvalt, dan worden via accu's in enkele seconden automatisch de noodaggregaten gestart. Het systeem werkt perfect, zo heb ik zelf al enkele malen kunnen constateren. Het licht flikkert, valt uit, je hoort de zware dieselmotoren en er is direct weer stroom. In ons land kennen we dit systeem ook. Het is echter maar zelden nodig. Dat het hier zo goed werkt, vind ik echt een prestatie.

Vanmiddag kwamen Frank en zijn lieve, goedlachse vrouw Susan nog even voorbij op hun quad. Hun 2 honden werden er meteen mee uitgelaten. Ze kwamen afscheid nemen van Nancy, een vrijwilligster met twee beroepen: verpleegkundige en architekt. Ze heeft een groot deel van het ziekenhuiscomplex ontworpen en heeft hier langere tijd doorgebracht. Zij gaat hetzelfde nu doen voor een nieuw, met Zwitsers geld, op te zetten polikliniek in Usa-river, dat is een gebied gelegen tussen Arusha en Kilimanjaro-airport. Het is een gebied waar veel mensen zich vestigen die op zoek zijn naar werk in Arusha. Medische voorzieningen zijn er niet of nauwelijks dus dat daar iets moet gebeuren op medisch gebied, lijkt wel duidelijk. We hebben haar allemaal veel succes gewenst!

Frank en Susan op ronde

Het onbijt stelt hier niet zoveel voor. Een paar sneetjes witbrood, van dat kleffe zoals we dat van vroeger van dat zogenaamde Zweeds wittebrood of Kingcorn('Japie') kenden. Als jongen heb ik zelf in een bakkerij gewerkt: emmers vol bakkersvet werden bij de bereiding ervan gebruikt opdat het brood langere tijd 'vers'  zou blijven. Het was natuurlijk een kleffe bende en de populariteit van dit brood heeft niet lang geduurd. Maar hier is niets anders. Met wat blue-band(!) en zeer olierijke pindakaas lukt het nog net om wat ervan door te slikken. Een hardgekookt ei, wat jus d'orange en een kop thee maken het ontbijt bijna tot een feest. De melk hier moet ik niet, het is van die fabrieksmelk met een vieze smaak. Ik ben een melkjongen, maar nu maar even niet. Rond de bungalows lopen drie magere katten en die weten van bedelen. Zodra er iemand in de buurt is, komen ze miauwend op je af, kopjes gevend en dat soort zaken. Ik heb besloten de melk aan die beesten op te voeren. Wij hadden vroeger thuis ook katten en mijn moeder gaf ze altijd wijting en melk. Die vis is hier niet, maar die melk wel. Heerlijk vinden ze het en nu beginnen ze al te janken nog voordat ik echt wakker ben. Geweldig allemaal. Ze zijn me dankbaar, maar ik niet. Wat nu?



Aan het voorschrijfbeleid valt hier nog wel het nodige te verbeteren. Ook als je daarbij in ogenschouw neemt dat lang niet alles hier verkrijgbaar is. In elk geval de moderne, dure middelen niet. Er is voldoende, dat heb ik al eerder vastgesteld. Maar om bij buikpijn nu ook pijnstillers te geven of bij kleine kinderen die spugen promethazine, daar hebben dokter Jo en ik wel wat bedenkingen tegen. Zo is er nog wel meer. Echte richtlijnen omtrent het medicijngebruik bestaan hier niet echt. In overleg met Frank hebben Jo en ik besloten deze week wat eenvoudige richtlijnen op te stellen. Het zal nog wel een klusje worden, maar dat is niet erg. Per slot zijn we daar ook voor gekomen. Frank is er blij mee en we gaan aan de slag.

Vanochtend een bijna alleen gynaecologisch spreekuur. Zeker 5 vrouwen met allerlei klachten op dit gebied: infectieus van aard of pijn, dan wel het uitblijven van een zwangerschap. Tijdens het consult kan in een andere ruimte meteen een echo worden gemaakt. De dokters zijn weliswaar geen expert op dit onderzoekgebied en de apparatuur is ook niet van het meest moderne, maar het lijkt te volstaan. Vleesbomen, dat zijn goedaardige gezwellen van de baarmoeder, komen voorbij, naast een voor de vrouw geheel onverwachte zwangerschap. En dat nog wel terwijl ze borstvoeding geeft aan een baby die nog geen jaar oud is. Een echte menstruatie blijkt deze vrouw nog niet te hebben gehad. Ook in ons land komen deze 'blind opgezette' zwangerschappen wel voor. Maar dit is wel een zeldzaamheid. In 35 jaar ben ik het maar eenmaal tegengekomen. Bij ons wordt de vrouw door de verloskundige, huisarts of gynaecoloog altijd goed geinformeerd dat het geven van  borstvoeding de kans op zwangerschap wel verminderd, maar dat is het dan ook. Hier zal dat wel niet gebeuren. De vrouw is eigenlijk niet zo blij, het wordt haar  vierde kind. Hopenlijk komt het toch nog goed als deze de klap heeft verwerkt. We gunnen het haar.

maandag 17 februari 2014

9 februari, deel 1



Het water van het ziekenhuis is overal drinkbaar. In Tanzania ben ik dat nog niet eerder tegengekomen. Trouwens in de meeste buitenlanden moet je maar niet proberen water uit de kraan te drinken. Veelal heb je binnen enkele uren al een flinke diarree te pakken. Maar hier niet. Het ziekenhuis, dat min of meer op een heuvel is gelegen, heeft een eigen bron. Ik verneem dat die op een diepte van 1 kilometer is aangeboord. Daardoor zou het water heel zuiver zijn. Maar vandaag heb ik toch weer zo'n onduidelijk gevoel in m´n buik; het zal toch niet opnieuw? Helaas, het ziet er naar uit, dus maar meteen aan de pillen. Ik heb geen zin in ellende.

Warm water in de bungalow is er alleen ´s ochtends van een uur of half zeven tot negen. Om ongeveer half zes wordt er buiten een soort potkachel met hout opgestookt die een ketel met daardoorheen lopend stromend water verwarmt. Ik begrijp het systeem niet helemaal, maar het werkt absoluut. Douchen is ´s ochtends prima te doen en daar gaat het uiteindelijk om. Of dit allemaal legionellaproof is, weet ik evenmin, een voedsel- en warenautoriteit zullen ze waarschijnlijk hiervoor niet hebben. De sfeer onder alle medewerkers van het ziekenhuis is, ik kan het niet anders zeggen, positief en uitstekend. Iedereen is er blij en vriendelijk en iedereen werkt hard. Tenminste voor Tanzaniaanse begrippen. Er lopen misschien wat teveel mensen rond, maar dat is niet erg. Het is goed voor de werkgelegenheid, denk ik dan maar. De werkloosheid in het land is erg groot. Er gaan weliswaar steeds meer mensen naar school, zelfs in de masaai-gebieden, maar als ze dan klaar zijn en er is geen werk, dan lopen ze gewoon toch maar weer achter kun koeien of geiten of, als ze uit de stad komen, doen straatwerk, zoals het verkopen van souvenirs of het zichzelf aanbieden als gids. Dat is uiteraard erg teleurstellend. Fame clinic biedt in elk geval werk aan bijna 100 mensen en dat is mooi meegenomen. En iedereen schijnt alleen maar een voornaam te hebben. Ik word dan ook aangesproken als doctor Aartt, zeg maar met dubbel t , althans zo klinkt het tenminste. Vandaag ook weer een lekker spreekuur gehad, ditmaal samen met Mwansjana, een 61-jarige collega-arts, gepokt en gemazeld in het vak, en draait dus nergens z´n handen meer voor om. Hij doet z´n gewone spreekuren, maar als een een appendicitis ´binnenkomt´ of er moet een keizersnede worden uitgevoerd, je kunt het gerust aan hem overlaten. Van dit soort types lopen er op Fame nog twee rond, het zal me benieuwen wat dit gaat worden. Mwanjana is heel rustig en bedeesd type en we overleggen uitgebreid over de te voeren strategie bij een heel scala aan patiënten. Ik moet zeggen: de kennis is hier absoluut aanwezig, alleen in de uitvoering....

We staan uitvoerig stil bij een 62-jarige masaai-man die samen met z´n zoon is gekomen. Het blijven typische mensen die masaai met hun kleurige gewaden die wel eens een wasje mogen hebben, hun stok, hun dolk in een holster en hun van stukken autoband vervaardigde sandalen en hun typische lichaamsgeur. Dit laatste zou komen doordat ze zich insmeren met een of andere ellende als afweer tegen insecten. Dat er meteen een zekere andere afweer mee wordt afgeroepen, zal ze niet interesseren. Broodmager zijn ze vrijwel altijd waardoor ze benen hebben als bonenstaken. Terwijl je je dan bezighoudt met die masaai, die kennelijk nog steeds in hun eeuwenoude traditie en cultuur zijn blijven steken, gaat er ineens een mobiele telefoon af en die blijkt dat van hen te zijn. Grappig. Maar onze masaai, volgens Mwansjana een rijk man met waarschijnlijk wel 150 koeien, blijkt al enkele maanden rond te lopen met een lelijke wond nabij zijn anus, die hij met zijn eigen mes had veroorzaakt omdat er een pijnlijke zwelling zat. Op zich medisch gezien geen slechte actie. Mogelijk was er sprake van een perianaal abces en hoewel ik m´n mannetje wel sta, verwijs ik patiënten met dit soort problemen naar de chirurg waar onder een narcoseroesje het euvel wordt verholpen. Maar de masaai doen dat kennelijk zelf. Echter, na twee maanden bestaat er nog steeds pijn en is er een wond, zo begrepen we. De wond bleek een lengte te hebben van een centimeter of zes en was wijkend over een breedte van drie centimeter. Op de behandeltafel hebben we de wond, die niet eens zo vies bleek, gereinigd en gedesinfecteerd, hetgeen de patiënt niet leek te deren want hij gaf geen krimp. Maar rondom de wond was er wel sprake van een behoorlijk infectieus gebied. Mwansjana, met een masaai-ervaring van jewelste, liet bloed prikken en daar kwam direct een positieve syfilis-test uit. Hiv bleek negatief. In bijna 34 jaar als huisarts ben ik slechts eenmaal een syfilis-patient tegengekomen, maar die wist het van zichzelf al jaren. Volgens Mwansjana komt onder de masaai naast hiv ook syfilis veel voor. En het was volgens hem niet uitgesloten dat in die slecht genezende wond van onze masaai ook syfilisbacteriën zouden zitten. Met deze diagnoses besloten we patiënt naast het advies voor het nemen van zitbaden - ik vroeg me trouwens af hoe dat nou weer zou gaan, maar volgens Mwansjana zou dat wel lukken - ook enkele weken bepaalde antibiotica te geven om hem daarna weer terug te zien.

Het aardige van Fame is dat er bijna dagelijks ook buitenlanders langskomen met hun problemen. Dat zijn dan meestal safarigangers, die van hun gamedrivers of op hun lodges hebben gehoord, dat bij Fame ook buitenlandse artsen werkzaam zijn. Dat vinden die toeristen wel een veilig en geruststellend idee. Meestal ontvangt dokter Frank die patiënten zelf. Vaak valt het met de narigheid wel mee, maar Frank neemt steevast de gelegenheid te baat de toeristen wat over Fame te vertellen. Vaak raken ze, en dat zie je bij Amerikanen gauw, zo emotioneel dat ze besluiten om direct financieel een flinke duit in de zak van Fame te doen, en daar is het Frank natuurlijk om begonnen. Het ziekenhuis kan eigenlijk alleen maar bestaan van donaties. In de maanden juni en juli gaan Frank en Susan weer op fundraising-toernee zoals ze dat noemen. Diverse grote steden in de VS worden aangedaan opdat de beurzen er opengaan. En met succes tot dusver, voor het charisma van Frank en Susan vallen de Amerikanen wel.

Met de hand wordt het gras rond de bungalow gemaaid






donderdag 13 februari 2014

13 februari, deel 2


Kort na mijn aankomst hier arriveerde ook een jonge vrouwelijke huisarts uit London, Jo. Jo is uitgezonden door een liefdadigheidsclub in haar vaderland en blijft hier 3 weken. Daarna gaat ze nog elders de rimboe van Tanzania in. Behalve in de London Zoo heeft ze nog geen enkel wild dier gezien. Dat kan natuurlijk niet en dat vind Jo ook. We overleggen om samen een dagsafari naar de prachtige Ngorocoro-crater te ondernemen. Dit kost wel een boel centen maar het is absoluut de moeite waard, zo weet ik uit ervaring. Als we de kosten delen, scheelt het. We bedenken om wellicht een Tanzaniaanse collega die er ook nog nooit geweest is, ervoor mee uit te nodigen, op onze kosten dan. Ann heeft er wel oren naar, maar op haar enige vrije dag in de week, zaterdag, zit ze 's ochtends altijd in de kerk. Zo'n dienst duurt dan rustig 3 tot 4 uur. Ik zeg dat God het vast wel goed vind als zij een keertje overslaat om naar zijn prachtige schepselen te komen kijken. Maar een ja of nee krijgen we nog niet te horen. Ann voelt zich gevleid en deelt ons na een uur bedenktijd mee, dat ze meegaat. Leuk. We verheugen ons. Ik ga wat regelen.

Dat het leven in Nederland ook gewoon doorgaat, is uiteraard duidelijk. Werd ik vandaag gebeld door de garage met de vraag of het probleem van de auto nu links of rechts zit (?). Laat ik niet eens weten dat m'n auto bij de garage staat en dus ook niet eens waarvoor. Eerlijk gezegd schrok ik wat, want: er zal toch geen schade zijn? Nadat ik de monteur een en ander omtrent mijn verbazing had uitgesproken en ik hem het advies had gegeven mijn thuisfront te bellen, bleef hij toch aandringen. Welke deur zit steeds vast als het vriest, was zijn vraag. Dus kennelijk heeft het in Nederland toch weer wat gevroren en ik wist het antwoord nog van de vorige winter: beide deuren maar de linker meer dan de rechter. Ik vertrouw erop dat de garage het euvel kan verhelpen. Zo tegen de tijd dat het voorjaar wordt....

  toegangsdeuren tot de patientenzaaltjes

Door mijn collega Wendy word ik van de meest ingrijpende gebeurtenissen in de praktijk af en toe op de hoogte gesteld. Helaas zijn er een paar mensen overleden en zijn ook weer een paar baby's bij. Zo gaat dat in een huisartsenpraktijk en vooral dit soort life-events, die wil ik toch altijd wel even persoonlijk weten. Verder heb ik er het volste vertrouwen in dat er goed voor onze patiënten wordt verzorgd, door Wendy, onze waarneemster Meta en de jonge Aart, onze huisarts in opleiding, op dit moment de enige man in het kippenhok. En natuurlijk door onze duizenpoot Trees, de lieve Melissa, Martise, Yvonne, Heidy en Tineke, Tiny en tenslotte Michelle, onze jongste ster, een diëtiste. En dan noem ik ook nog even Xander, de partner van Wendy die de techniek van het geheel aan de praat houdt. Als ik dit zo opschrijf, dan is dit wel een fantastisch team dat daar in Castricum zit. Goh, en dan te bedenken hoe het bijna 35 jaar geleden alweer begon. Jongens, jullie zullen me niet missen. Ik heb hier ook nog iets meegekregen over de fantastische resultaten van onze schaatsenrijders bij de Olympische Spelen in Sotchi. Geweldig allemaal. Ik probeer de Tanzanianen er wat over uit te leggen, maar echt duidelijk wordt het ze niet. Laat maar, die hebben elke dag wel wat anders aan hun hoofd. En ik lees dat Els Borst, onze vroegere minister van volksgezondheid, is overleden. Hoewel ik het toentertijd vaak met haar oneens was, konden wij als artsen veel vaker dan de haar opvolgende ministers op begrip van haar rekenen. Dat kwam natuurlijk omdat zij ook arts was, hoewel nimmer in een behandelende rol. Maar voor de passie van artsen voor hun patiënten en voor hun vak, daarvoor had zij altijd een welwillend oor. Ook regelde zij een verstandige euthanasiewetgeving, waar ook vandaag de dag nog goed mee valt om te gaan. Na Els Borst zijn er geen artsen meer op deze ministerspost terechtgekomen, net zoals zij zijn verdwenen uit de directies van ziekenhuizen, van verzekeraars, verpleeghuizen en dergelijke. Er kwam een heel leger economen, managers, gezondheidswetenschappers, accountants, juristen en andere, zichzelf belangrijk vindende types voor in de plaats. En dat heeft het land en de artsenij geweten: sindsdien gaat het alleen nog maar over geld en niets anders en worden dokters, zeker in de ziekenhuizen afgeschilderd als grote graaiers in de pot. Laat ik me hier nu maar niet verder druk over maken, dat heb ik al teveel gedaan. Maar een dokter op dit ministerie, ik zal ervoor pleiten.

Tenslotte hoor ik dat het met de plannen met betrekking tot de komst van een hospice in Castricum absoluut de goede kant op gaat. Er is een stevig bestuur in oprichting, er zijn uitstekende adviseurs en ondersteuners, het ziet er allemaal heel hoopvol uit. Ik ben er heel blij en dankbaar voor dat het zover gaat komen. Je patiënten noodgedwongen naar een hospice ver uit hun vertrouwde omgeving zien vertrekken, dat is voor niemand een aantrekkelijke optie. Er zal wel gauw nader nieuws over komen.

's Avonds is het hier wel een beetje afzien. Eigenlijk vooral omdat er helemaal niets te doen valt. Het is al aardedonker om een uur of half zeven, er is geen radio of tv, amper internet en daar zit je dan in je uppie. Reden om gewoon vroeg te gaan slapen. Voor een type nachtbraker als ik die naarmate de kleine uurtjes naderen meestal opbloeit, is dit eigenlijk niks. Ik lees nog wat in m'n e-reader, schrijf een verhaaltje, whatsapp nog hier en daar en dat is het dan. Dan maar gaan liggen en wat luisteren naar de krekels en naar enge beesten als die er zijn. Aflopen nacht was de hyena volgens mij wel heel dichtbij, misschien op een afstand van 50 meter. De masaai-wacht zal toch niet in slaap gevallen zijn, dacht ik nog. Van al dat vroege slapen denk je dan lekker uit te rusten. Maar dat is ook al niet zo. 's Ochtends heb ik nooit het gevoel uitgerust te zijn. Ook nu weer niet. Ik kan dus net zo goed laat naar bed gaan. Zeker als er nog wat te beleven valt. Anders regel ik zelf gewoon wat. Tenminste thuis, hier valt niets te regelen. Slapen vind ik trouwens op zich al een onzinnige en overbodige activiteit. Het is dat je lijf het kennelijk nodig heeft, maar eenderde van je leven lig je gewoon niets te doen. Zonde van de tijd eigenlijk. Dat sommigen er zelf een pil voor willen hebben, heb ik nooit begrepen. Ga wat doen, zou ik zeggen. Maar ja, dan word je vast een rare dokter gevonden. Misschien ben wel een aparte, maar een rare?

Vanmorgen kronkelde er een worm in de doucheruimte. Ondanks dat de ruimte zo te zien geen kieren bevat, zag ik dat beest toch ineens vlak voor m'n tenen bewegen. Nu ben ik niet echt onthutst door wormen; ik viste er vroeger zelfs vaak mee. Maar dit was toch een wat andere, ongeveer 4 centimeter lange en zeer donker van kleur. Nu zal zo'n beest, zo denk ik maar, niet gauw in de aanval gaan tegen zo'n groot lijf, maar je weet maar nooit. Misschien heeft ie een soort tandjes of haakje waarmee ie zich kan aanklampen. Ik vond het eigenlijk maar niks, dat beweeglijke dier zo dichtbij. Dus besloot ik, misschien wel zielig, de worm met een straal uit de douchekop richting afvoerputje te spoelen. Dat ging nog niet eenvoudig, maar de aanhouder wint. Het beest spartelde nog wat tegen om uiteindelijk in het putje te verdwijnen. En nu maar hopen dat ie niet opnieuw via zo'n gaatje z'n kop weer laat zien.

Opstoken voor warm water in de bungalow

De visite langs de opgenomen patiënten is altijd interessant. Het is net als in ons land een hele optocht: dokters en zusters. Het is voor iedereen een leerzaam geheel: er worden gedachten ontwikkeld, vragen gesteld, conclusies getrokken en de patiënt wordt geïnformeerd. Er liggen nu 4 patiënten. Met de oude vrouw gaat het weer een stukje beter. Haar suiker en bloeddruk varieert nog wat, maar dit kan wel goedkomen. Het belangrijkste is dat haar urineproductie goed hervat is en dat de urine, in plaats van heel donkerbruin nu prachtig helder geel is. Dokters kijken graag naar kleurtjes: of het nu poep of pies is, we kijken of anders vragen we er dikwijls naar. Veel mensen vinden dit merkwaardig. Die durven als ze hun behoeften hebben gedaan er niet eens naar te kijken. En met die moderne toiletten is het misschien niet allemaal meer even makkelijk, maar om niet even een blik te werpen, je kunt er veel uit opmaken. En dokters willen dat allemaal weer weten. Natuurlijk niet om thuis over te vertellen, maar om het klinische beeld van de patiënt te verduidelijken. De gisternacht opgenomen vrouw met dreigende uitdroging door braken en diarree is zo opgeknapt dat ze naar huis kan. Ze voelt zich weer goed, moet van de dokters hier nog wel een smak pillen mee waaronder antibiotica, maar enfin daar gaan we het nog wel over hebben. De vrouw is blij en opgelucht evenals haar 2 dochters van een jaar of 18 die haar komen halen.Tussen de bedrijven door laat Frank mij een röntgenfoto van een al geruime tijd pijnlijke heup van een manklopende 61-jarige man zien. De linkerheup is uitermate slecht: die moet gebroken zijn geweest en ingezakt, de stand is nog redelijk maar er is een soort necrose(verwoesting) van de kop naast onregelmatige botaangroei ontstaan, waardoor de pijn wel verklaarbaar is. Hier helpt slechts het compleet vervangen van het heupgewricht, maar ja, waar? Frank gaat zich erover buigen of dat elders wellicht in een grote stad te regelen valt.

Masaai-vrouw met kind

Vannacht is ook een 36-jarige man binnengekomen die nogal psychotisch en agressief was. Dit na mogelijk tevoren softdrugsgebruik. Aha, dus ook hier. Volgens een vriend was hem dit al eens eerder overkomen. Hij is gesedeerd en vrij rustig de nacht doorgekomen. Z'n vrienden komen hem 's ochtends halen om hem naar een soort medicijnman elders te brengen. Als het gevaar is geweken en de patiënt heeft z'n zinnen weer onder controle, dan kan ie gaan. Of dat nu verstandig is of niet, het is zijn recht. Net zo goed als dat is om naar een alternatief therapeut te gaan. Ik ben daar geen voorstander van: houdt het boompje maar bij het beestje zeg is altijd en laat je niet gek maken. Bovendien word je er vaak nog een poot uitgedraaid en dat geld kun je wat mij betreft beter aan prettiger zaken uitgeven. Tenslotte blijkt er ook nog een man van een jaar of 35 opgenomen na inhalatie van een soort rookgas dat vrijkwam toen hij een barbecue wilde aansteken met een fakkel. Athans zo is het me duidelijk gemaakt. Hij gaf pijn bij het ademen aan en kreeg daarvoor een soort prednison en antibiotica. Hij hoest niet en de zuurtstofvoorziening is goed. Hij wordt nog een halve of hele dag voor observatie gehouden en mag dan weg als het goed gaat. Dit lijkt met een sisser af te lopen.

Net weer zo'n schattig lief meisje van 4 jaar oud gezien die, zo begrijp ik uit de vertaling door de verpleegkundige van het verhaal van oma, al zo'n beetje vanaf haar zesde maand antibiotica gebruikt wegens keelpijn en opgezette amandelen. Verder doet het kind het goed, het is levendig, eet en drinkt en groeit normaal. Oma wil nu wel eens een medicijn dat echt helpt, daar gaat het om. In de keel zie ik 2 enigszins vergrote amandelen die elkaar bij lange na niet raken, dus met de grootte ervan valt het mee. Ze hebben wel een wat onregelmatige structuur, hetgeen betekent dat er in het verleden wel ontstekingen zijn geweest. In de hals voel ik geen lymfeklieren, dus de amandelen, ook lymfeklierweefsel, lijken nog te functioneren. Ik probeer uit te leggen dat het onder de huidige omstandigheden het beste is om af te wachten en met de kleine terug te komen als de problemen (weer) groter zijn. Oma lijkt teleurgesteld omdat ik geen receptje maak en ze blijft daarover verbaasd, begrijp ik van de verpleegkundige. Dan maar een compromis: ik besluit een eenvoudig bloedonderzoekje om te zien of er wellicht toch tekenen van een ontsteking zijn. Het arme kind, dat zo lekker met een van mij gekregen speeltje in de weer is. Een bloedproef, bah. Oma wil weten, als het bloedonderzoek afwijkend is, of ik dan wel medicatie ga geven. Ik bevestig schoorvoetend, dat ik dat dan zal doen.

Wat een schatje hè

Een fenomeen dat zich in Afrika op veel gebieden voordoet, is dat van de stammen. In het gebied waar de kliniek zich ophoudt, is de stam van de Iraqki in de meerderheid. Op elke patiëntenkaart wordt de stam door de dames van de inschijfbalie ingevuld. Bij navraag blijken verre voorouders van de Iraqki-stam inderdaad van Irak afkomstig, maar ik denk niet dat de huidige Iraqki's hedentendage nog een echte verbintenis met hun land van komaf hebben. Ik vind dit wel grappig: die mensen zijn heel lang geleden kennelijk in bootjes gestapt om in Tanzania uit te komen om daar vervolgens het binnenland in te trekken. Naar ik begrijp leven hier de verschillende stammen vredelievend naast elkaar. In buurland Kenia was dat recent tijdelijk even anders: daar zaten ze in een bepaalde gebied elkaar flink dwars en daar zijn toen ook doden bij gevallen. Om maar niet van de onrust in andere Afrikaanse gebieden te spreken. Ook het Tanzaniaanse leger heeft onder auspiciën van de Verenigde Naties een rol bij het herstellen en bewaken van de orde en vrede in enkele van die gebieden. Verder heeft Tanzania in Arusha lang het internationale gerechtshof van de VN dat zich bezighield met de twisten tussen Ruanda en Burundi, gehuisvest. Tanzania is een democratisch land en vredelievend; laten we hopen dat dit zo blijft. Zojuist gehoord dat mijn papieren om hier te mogen werken nog steeds niet helemaal op orde zijn. Drie maanden geleden al zijn alle diploma's in een door notariskantoor Feikema gewaarmerkte versie opgestuurd en na lang wachten in orde bevonden, zij dat nadien nog wat aanvullende informatie nodig bleek. De Tanzaniaanse autoriteiten gaan hier niet over een nacht ijs, zo blijkt wel, want op de dag van vertrek moet er nog een Engelse vertaling van mijn originele artsendiploma komen, die oorspronkelijk in het Latijn en in het Nederlands is opgesteld. Dat gaat hem natuurlijk niet meer worden. Het vertaalwerk is nadien door een toevallig aanwezige vertaalster uitgevoerd, maar die vertaalde versie moet vervolgens door het ministerie in Dar es Salaam worden goedgekeurd. Dat is geen probleem als het papier er tenminste is, en dat blijkt pas sinds gisteren het geval. En zolang het stempel nog niet binnen is, mag deze dokter eigenlijk niet zelfstandig aan de slag....Balen.

Vandaag, het is nu donderdag de 13e februari, een patiënt met een zogeheten torus mandibularis gezien. Ik dokter toch al wat jaren, maar dit kwam mij wel heel onbekend voor. Het blijkt te gaan om een zich sinds enkele maanden vrij snel ontwikkelende tumor uitgaande van een speekselklier onder te tong met een harde, witte, verhoornende zwelling, alsof er een extra tand is ontstaan. De patiënt was al eerder geweest en dat heeft mijn collega de gelegenheid gegeven om de diagnose thuis via internet op te zoeken. Het is iets goedaardigs, maar omdat iets kwaadaardigs toch niet geheel is uitgesloten, is patiënt verwezen naar de dichtsbijzijnde kno-specialist, ongeveer 250 kilometer verderop. Dat internet een uitkomst is, weten we al langer, maar het is toch werkelijk fantastisch dat dankzij deze uitvinding zelfs dokters in sterk achtergebleven gebieden er op deze manier er hun voordeel mee kunnen doen. Pittige gesprekken heb ik intussen met enkele dokters hier. Ze hebben zo sterk de neiging om de patiënten van alles en nog wat voor te schrijven, terwijl het in mijn ogen helemaal niet nodig is, tja, hier valt nog veel te winnen. Zelfs bij evidente virus infecties wordt nog naar de antibiotica gegrepen. Wij doen dat natuurlijk ook wel vooral als de patiënt erg ziek is, maar hier lopen ze dikwijls springlevend rond. 'Don't harm', is een beetje een wat gevleugelde uitdrukking geworden, want dat kun je met al die medicijnen natuurlijk wel. Ik moet me maar proberen een beetje in te houden en me niet proberen te ergeren.

Torus mandibularis

Net een 66-jarige masaai-vrouw gezien met sinds 2 jaar een in toenemende zwelling in de linkerbovenbuik. Het doet geen pijn, maar als je ligt kun je het zo al zien. We denken dat het om de milt gaat en we schatten de omvang op ongeveer 20 bij 15 centimeter, bijna tweemaal zo groot als normaal. De vrouw heeft er in het geheel geen last van. Dokter Ken, die goed echo's kan maken, doet dat op ons verzoek nu ook meteen en het blijkt inderdaad om de milt te gaan. Verder ziet hij niets abnormaals en nu zal het inmiddels aangevraagde bloedonderzoek wellicht gaan uitwijzen waarom de milt zo groot is.

13 februari, deel 1




13 februari 2014

De nachten hier blijven onrustig. Niet dat ik veel te doen heb, maar van een echte nachtrust genieten, dat is ook weer wat anders. Allereerst slaap je onder een klamboe. Dit om de muggen en ander ongeregelde insecten van je lijf te houden. Dat is natuurlijk een verstandige zaak, maar m'n lijf denk er toch wat anders over. Als ik wakker wordt, zit die klamboe altijd op een af andere manier om m'n lijf gewikkeld en ik begrijp niet hoe dat steeds gebeurt. Kennelijk slaap ik onrustig. Ik heb wel een idee hoe dat komt: het is me gewoon 's nachts te warm. De ramen staan wel op een kiertje, maar met die masaai-mannen die 's nachts rond je bungalow zwalken, doe je ook weer niet graag de ramen wagenwijd open. Uiteraard kun je de insecten ook weghouden door je blote lichaamsdelen met een insectenwereld goedje in te smeren. Dat vergeet ik nogal eens. De malariamuggen steken alleen bij duisternis, dus moet je bijtijds smeren. Eigenlijk moet je dat spul, deet, gewoon bij je hebben. Ik neem me voor daar vanaf nu aan te denken! Maar of het ook gebeurt? Ik neem in elk geval wel m'n dagelijkse antimalariapil, dat moet schelen. Onze lieve assistente Melissa in Castricum heeft me dat op m'n hart gedrukt.

Een goed spreekuur gehad vandaag. Het mee- en afkijken van hoe het hier aan toegaat, dat heb ik wel gehad. Klaar voor echte actie. Dit is huisartsgeneeskunde-plus bedenk ik me. Het is absoluut te doen. Veel spectaculairs zat er niet bij. En intussen ook meermalen de kliniek bezocht, waar die oude vrouw met haar onduidelijke klachten en vreemde afwijkingen nog steeds verblijft. Het gaat niet goed. Dus besluit ik een mail te wagen aan een bevriend internist. We zijn heel benieuwd of hij nog suggesties heeft. Dat de nierfunctie niet goed op gang komt, baart ons de meeste zorgen

Overleg met de verpleging


Heel bijzonder was een masaai-vrouw van 25, net bevallen van haar zevende(!) kind. Hoe arm de mensen ook zijn, de investering die ze menen te doen door veel kinderen te krijgen is een gedachte die ondanks voorlichtingscampagnes van de overheid kennelijk nog niet echt wordt verlaten. Behalve wat vage, algemene klachten bleek deze vrouw een extreme bloedarmoede te hebben. In ons land zou zo iemand direct voor verdere analyse en bloedtransfusie worden ingestuurd, hier niet. Weliswaar kan het ziekenhuis een beroep doen op een bloedbank om wat bloed te leveren, maar daar is geen beginnen aan, zeggen de dokters hier. Nagenoeg alle zwangere en net bevallen masaai lopen met zo'n bloedarmoede rond. De oorzaak van die bloedarmoede is gelegen in de omstandigheid dat zodra er zich een zwangerschap heeft aangekondigd, de vrouwen direct stoppen met fatsoenlijk eten, dat wil zeggen: hun toch al karige menu helemaal verlaten. In plaats van 'eten voor twee' wat onze vrouwen nogal eens doen en wat ook niet goed is, doen ze hier precies het tegenovergestelde: ze eten en drinken alleen het hoognodige om in leven te blijven en dat is het dan. De reden hiervoor is de wens om maar een heel klein kindje te krijgen, waardoor de bevalling makkelijker zal verlopen dan wanneer het kind zwaar is. Zo 'kweken' ze een geboortegewicht van 1.8 tot hooguit 2 kilo, terwijl dit bij ons gemiddeld 3.5 kilo bedraagt. Kleine kindjes met zo'n laag geboortegewicht zouden bij ons direct in handen komen van de gynaecoloog en kinderarts die ze in de couveuse goed zouden bewaken, maar hier....Zelfs staalpillen zitten er voor onze masaai-vrouw niet in: als er geen kinderen meer komen, dan verdwijnt die bloedarmoede vanzelf, zegt m'n collega.

Masaai op het spreekuur

Gelukkig reageert Niek Valk, de internist uit het Rode Kruisziekenhuis in Beverwijk, die ik om advies heb gevraagd inzake die zieke oude vrouw vrij snel op de mail. Hij acht de kans groot dat de problemen nog steeds worden veroorzaakt door de medicatie die ze tevoren gebruikte tegen haar suikerziekte. We kregen wat tips voor nader onderzoek en eventuele aanvullende behandeling. Maar de wonderen zijn de wereld nog niet uit, zo blijkt: vannacht blijkt de patiënt goed geplast te hebben, de urineproductie is kennelijk op gang gekomen. Mevrouw maakt het ook beter: ze heeft tijdens onze visite wat praatjes en opmerkingen waarover mijn collega's en de zusters moeten lachen. Ik glimlach maar wat mee. Maar ik ben blij dat het tij lijkt te keren.

Vanochtend heb ik, zo goed en zo kwaad als dat ging met die gebrekkige internet-verbinding, aan een paar collega's een kleine demonstratie gegeven hoe wij onze data op de praktijk bijhouden. Als een van de eerste volledig papierloze praktijken in ons land kon ik dat niet nalaten. Hier gaat alles nog met mappen, briefjes en nog eens briefjes. Het werkt ook, maar ideaal is het niet. Warempel lukt het me om in te loggen in onze praktijk en ik kon laten zien of en zo ja of nog een beetje werd gewerkt(?!). Een volle agenda, ja dat is wel duidelijk. Sterkte daar in Castricum, dacht ik. Ik liet van enkele patiënten realtime hun records zien en men was onder de indruk. Met dr. Frank heb ik al een gesprekje gehad over deze vorm van automatisering. Hij is er een sterk voorstander van en heeft z'n netwerk in de States al in het geweer gebracht. Nu verschilt de primary health care in de VS nogal van de onze en van die in Engeland en Tanzania, dus lijkt me het de komende tijd wel nuttig om nogmaals met Frank te praten dat er misschien beter gekozen kan worden voor een bestaand en goed draaiend Engels automatiseringssysteem. Aan het voorschrijven van medicijnen valt hier nog wel wat te verbeteren. Ik denk dan aan: er wat zorgvuldiger mee omgaan. Niet zelden worden voor dezelfde aandoening 2, 3 of 4 verschillende middelen gegeven, terwijl het er misschien ook wel met een had toegekund. Vaak gaat het ook nog om min of meer dezelfde producten. Een van de redenen is wellicht toch een tekort aan kennis, maar een andere, belangrijkere, reden wordt gevormd door het feit dat de patiënten lang tot soms wel meer dan een dag aan toe moeten reizen om bij de kliniek te komen. Wij zouden zeggen: als het niet helpt of niet gaat: kom dan terug. Dat kun je hier ook wel zeggen, maar de uitvoering ervan is vaak niet eenvoudig. Dan maar een hele bubs tegelijk: een antiwormmiddel, een antiparasietenmiddel, een antibioticum, een maagzuurremmer en een pijnstiller voor dezelfde buikpijn. Begrijpelijk, maar voor verbetering vatbaar.

De apotheek


Een groot nadeel van veel middelen tegelijk is dat je niet precies weet bij welk middel de patiënt nu baat heeft gehad en bij welk niet. Bovendien bij het optreden van bijwerkingen, en dat gebeurt hier evenzo goed, weet je niet welk middel daarvoor verantwoordelijk is. En bij het gebruik van grote hoeveelheden antibiotica werk je de resistentie in de hand, zelfs hier is dat al gesignaleerd. Dokter Frank verhaalde mij enkele dagen geleden nog over een pneumonie die hij maar niet onder controle kreeg en bij wie uiteindelijk in Nairobi de gevreesde mrsa-bacterie werd aangetroffen. Gelukkig heeft deze patiënt het overleefd, maar hoe zal het de volgende vergaan? De komende tijd ga ik kijken of ik dit voorschrijfbeleid bij de collega's toch iets kan verbeteren. Frank is het ermee eens.

Bananen lijken hier wel het nationale volksvoedsel te zijn. Ze worden op grote schaal geproduceerd: zielige kleintjes, rode en natuurlijk de bij ons ook bekende lekkere gele. Je kunt ze overal kopen en ook langs de weg zoals ze dat bij ons met bloemen doen. De bananenmama's hebben er een leuke nering aan. Voor ons is het niets: voor een kilo of 2 betaal je omgerekend nog geen 60 eurocent. Je moet er wel een paar per dag van eten anders worden ze bij deze temperaturen snel slap en klef. Koel bewaren is hier niet altijd mogelijk. Dan maar flink dooreten. En wat echt te slijmerig is geworden, dat moet maar in de afvalbak.

Bananen, bananen en nog eens bananen


 Zojuist een aardig mailtje gelezen van mijn vriendje Eric. Wij proberen nu al ruim een half jaar iets van golf te begrijpen onder leiding van onze pro Bob op de Heemskerkse golfbaan. Soms gaat het aardig en soms raakt die swaffelswing van ons geen pepernoot. Maar dat hindert niemand: we hebben lol, hebben gras geroken en na afloop aan het bier en de ossenworst gezeten. Voor Eric is dit laatste steevast een must. Na golf voor hem altijd ossenworst. Eric bericht mij dat hij de kans om tijdens mijn afwezigheid een voorsprong op mijn swingtechniek te nemen nog niet heeft waargenomen en wel vooral omdat het regent. Ik vat dit soort onzin echt niet. Ze staat daar op Heemskerk keurig onder een dakje wat te meppen en dan klagen over regen. Ik denk dat Eric mij gewoon mist. Eerlijk gezegd hoop ik daar maar op. Ik mis hem net zo goed. Effen lekker oh-en na afloop daar zijn we goed in. Altijd gezellig en altijd met wijn of bier. Komend weekend viert zijn lieve vrouw Renee haar zoveelste verjaardag. De hele goegemeente is daarvoor uitgenodigd, opa's, oma's, buren, aanhang, kinderen en ga maar door. Het zal wel een gezellig zooitje daar worden en na afloop volop boenen en schrobben. Maar dit hindert Eric en Renee niet. Het zijn echte gezelligheidsmensen en echte vrienden. Jammer dat ik bij het feest niet aanwezig kan zijn, dat scheelt wat flessen, maar die zullen wel blijven wachten. Van deze kant wens ik ze alvast een fijne avond en veel plezier en voor Reneetje: gefeliciteerd met je verjaardag.